Van lieflijke kinderportretten tot schrijnende taferelen van kinderarbeid. Voor het eerst staan de schijnwerpers volop gericht op de kinderen in kunstwerken van de Haagse Schoolschilders, een onderbelicht thema dat niet eerder op deze wijze is tentoongesteld. De tentoonstelling Kinderen van de Haagse School. Spelen, werken, overleven. is vanaf 16 december te zien in Museum Panorama Mesdag.
Spelen, werken, overleven. Door de ogen van roemrijke Haagse Schoolschilders als Hendrik Willem Mesdag, Suze Robertson, Jozef Israëls, de gebroeders Maris en tijdgenoten als Thérèse Schwartze en Barbara van Houten krijgt de bezoeker een unieke inkijk in de leefwereld van kinderen tegen het einde van de 19e eeuw. De beelden van jonge kinderen die fysieke arbeid of handwerk verrichtten, vaak gericht op overleven, staan in groot contrast met de intieme portretten die dezelfde Haagse Schoolschilders van hun eigen kinderen maakten. Zij leidden vaak een zorgeloos bestaan. Eén ding hadden deze kinderen gemeen: het plezier in spelen.
‘Op deze verhalende tentoonstelling valt veel te genieten, er zijn prachtige kunstwerken bijeengebracht, waarvan vele uit particuliere collecties. Tegelijkertijd is het een presentatie die tot nadenken aanzet, en die niemand onberoerd zal laten’, aldus Adrienne Quarles van Ufford, conservator Museum Panorama Mesdag.
Kinderen in de hoofdrol De schilders van de Haagse School staan bekend om hun oer-Hollandse landschappen en winderige zeegezichten of impressies van het lief en leed van eenvoudige boeren en vissers. Meestal werkten ze naar model. Op veel van hun schilderijen komen kinderen voor. Voorstellingen van kinderen waren populair en brachten goede prijzen op. Wat vertellen ze ons over die tijd en over de perceptie van de kunstenaars daarvan? In deze tentoonstelling ligt de focus op de dagelijkse bezigheden van deze kinderen, zoals die door de kunstenaars werden weergegeven. Op hun spel, met een zelfgemaakt bootje aan het strand, door Jozef Israëls, met een geitje of een porseleinen pop, door Matthijs Maris of Barbara van Houten. Of op hobby's als schilderen of muziek maken die de eigen kinderen van Floris Arntzenius, Jan Hendrik Weissenbruch of Jacob Maris thuis uitoefenden. Maar ook op de werkzaamheden van de jeugd die (mee)werkte op het land, door Anton Mauve en Jacob Maris, bij het bergen van wrakhout, door Philip Sadée, in een mandenwerkerswerkplaats, door Wally Moes, of als straatverkoopster van lucifers, door Floris Arntzenius. Het leven van deze laatsten, vaak nog heel jonge kinderen, was gericht op rondkomen en overleven.
Het Kinderwetje van Van Houten Een speciaal uitgelicht thema zoomt in op jonge werkende kinderen, veelal onder zware omstandigheden. Liberaal politicus Samuel van Houten, de broer van Sientje Mesdag- van Houten, initieerde het Kinderwetje van Van Houten (1874). Deze wet bracht maar gedeeltelijk verandering in arbeid door kinderen en verbood alleen fabrieksarbeid tot de leeftijd van twaalf jaar; het werken op het land, in de visserij, als straatverkoper of in en om het huis ging gewoon door. De tentoonstelling toont onder meer een intiem portret van Samuel van Houten, in zijn latere jaren, geschilderd door zijn dochter Barbara van Houten, uit de collectie van Museum Panorama Mesdag.
Museumdirecteur Minke Schat: 'In 2024 is het 150 jaar geleden dat het Kinderwetje van Van Houten is aangenomen, een kantelpunt in onze sociaal-maatschappelijke geschiedenis. Hoewel kinderarbeid in Nederland nu niet meer is toegestaan, is het nog steeds aan de orde van de dag in de lagelonenlanden. Hoog tijd om breder terug te kijken. Met deze tentoonstelling illustreren we dan ook het belang om de ogen open te houden voor schrijnende situaties en sociale ongelijkheid.'
Ode aan Klaasje Mesdag In Mesdags schetsboeken zijn kindertekeningen van zijn zoon Klaasje bewaard gebleven. Deze bijzondere tekeningen zijn nu voor het eerst te zien, samen met familieportretten en foto’s. Ook is er een brief te lezen van Klaasje die hij aan zijn grootvader schreef. Klaasje Mesdag, het enige kind van Hendrik Willem Mesdag en Sientje Mesdag-van Houten, stierf op jonge leeftijd, hij werd niet ouder dan zeven jaar.
Vakvrouwen Ruime aandacht is er op deze tentoonstelling ook voor vrouwelijke kunstenaars zoals Wally Moes, Thérèse Schwartze, Henriëtte de Vries, Froukje Wartena en Barbara van Houten. Waarom schilderden zij alleen andermans kinderen? De reden is even simpel als schokkend: de meesten kozen ervoor om ongetrouwd te blijven en geen kinderen te krijgen, om hun vak te kunnen uitoefenen. Het was destijds ongepast als getrouwde vrouwen hun eigen geld verdienden: dat mochten alleen mannen.
Een piepklein schilderij Het kleinste schilderij op de tentoonstelling meet nog geen zeven bij acht centimeter. Dit Strandgezicht, met kinderen die spelen in de branding, schilderde Johannes Akkeringa voor het poppenhuis van zijn kinderen. Er zijn meerdere kleine werken te zien in deze intieme tentoonstelling zoals ook een portretje van veertien bij zo’n twaalf centimeter dat Jacob Maris van zijn zoontje Willem schilderde.
Tentoonstelling
Met ruim 45 kunstwerken van 29 verschillende kunstenaars is er een bijzondere selectie bijeengebracht, met bruiklenen van Centraal Museum Utrecht, Gemeente Laren, Haags Historisch Museum, Jan Menze van Diepen Stichting, Slochteren, Kunstmuseum Den Haag, Museum Boijmans van Beuningen, Museum Gouda, Nationaal Archief Den Haag, Noordbrabants Museum, Rijksmuseum Amsterdam, Singer Laren en Stadsarchief Amsterdam. Ook zijn er vele werken uit particuliere collecties te zien, die zelden of nooit elders getoond zijn. |